OogcontactWorldCat•LibraryThing•Google Books•BookFinder In New York is een seriemoordenaar actief. Hij heeft de bijnaam The Stitcher gekregen omdat hij met flosdraad de lippen van zijn slachtoffers op elkaar naait en dat voordat hij ze om het leven brengt. Omdat de politie van New York er niet in slaagt deze moordenaar te pakken te krijgen, besluit inspecteur Joseph Masters de hulp in te roepen van het medium Dana Stone. Zij heeft de gave om binnen te dringen in het bewustzijn van mensen die op een of andere manier bij een misdrijf betrokken zijn, bv. als getuige, slachtoffer of misdadiger en deze mensen te “lezen”. Dana verwierf grote bekendheid bij het oplossen van de Eugene Pohler zaak, een seriemoordenaar die het op kinderen had voorzien. De ontknoping van die zaak was voor Dana bijzonder traumatisch en dat verklaart de aanvankelijke twijfel die ze heeft om Masters te helpen. Uiteindelijk stemt zij toe en ze brengt haarzelf daarmee in groot gevaar.
De Stitcher legde haar voeten op de rand van het graf het dichtst bij me en trok haar hoofd aan het haar naar de zerk, zodat ze recht kwam te liggen. Ze leek haar lippen te tuiten, maar toen ik goed keek, zag ik witte steekjes in haar roze gestifte lippen.
De Stitcher knielde naast haar en trok haar jurk met korte mouwen naar beneden. Hij haalde een borstel uit zijn zak waarmee hij de bladeren en twijgjes uit haar haar streek voordat hij er een middenscheiding in trok. Ik zag een revolver uit de broeksband van zijn joggingbroek steken.
De regen roffelde nu op de grond. De Stitcher ging schrijlings op het lijk zitten en ik moest een stukje naar links gaan om te kunnen zien wat hij deed.
Hij haalde een ketting uit zijn sweatshirt. Aan de gouden schakels hing een mesje van hooguit vier centimeter lang. Hij trok de ketting eerbiedig over zijn hoofd en kuste het punt waar het heft het lemmet raakte. Toen boog hij zich over Beverley heen en trok haar ene oor naar voren, zodat de achterkant te zien was. Met de punt van het mesje trok hij twee lijnen – een kruis – in de huid.
De Stitcher stond op en hing de ketting met het mes eraan weer om zijn nek, als een sportman die een medaille in ontvangst neemt. Ik keek ernaar. Mijn beenspieren stonden strak, zo moest ik me verzetten tegen de drang weg te rennen. Toen hij opkeek van zijn creatie, waren zijn bruine ogen vreemd, bijna uitdrukkingsloos. Ik volgde zijn blik naar een Mariabeeld en toen ik weer naar hem keek, hoorde ik hem “amen” zeggen.
Mijn ongeloof om die ongerijmde vroomheid van een man die voor zijn plezier vrouwen afslachtte, maakte plaats voor weerzin toen de ¬Stitcher een camera uit zijn zak haalde en een foto van Beverleys lijk maakte.
Oogcontact is een misdaadroman van de Amerikaanse schrijfster Ruth Newman. Het is goed geschreven, heeft veel snelheid en is behoorlijk spannend. Als je eenmaal met lezen begonnen bent, laat het verhaal je nauwelijks nog los. Het is een echte pageturner. Ruth Newman laat met dit boek zien dat zij een talentvolle schrijfster is.
De andere kant van de medaille is echter dat dit verhaal over een medium gaat en een hoog paranormaal gehalte heeft. Ik heb daar wat moeite mee. Ik heb nog nooit een objectief en gedetailleerd verslag gelezen van een misdaad die met behulp van een medium of helderziende is opgelost. En als deze claims al bestaan is het meestal eenvoudig aan te tonen dat de misdaad ook zonder hulp van een medium had kunnen worden opgelost. Dit doet grote afbreuk aan de geloofwaardigheid van het verhaal. In het geval van Oogcontact wordt die ongeloofwaardigheid nog versterkt door verwijzingen naar de zogenaamde Rode Loge, een geheimzinnig genootschap van mediums en andere paranormaal begaafde mensen dat grote invloed heeft in bijvoorbeeld politiek en bankwezen.
Als je over deze bezwaren heen kunt stappen heb je met Oogcontact een bijzonder boeiende, spannende en goed geschreven misdaadroman in handen. Als je je daarentegen stoort aan dergelijke paranormale zaken, kun je het boek maar beter aan je voorbij laten gaan.
***
Engelse titel: The dead of winter
Vertaling: Mariëtte van Gelder
Uitgeverij: Luitingh-Sijthoff – Amsterdam
ISBN: 978 90 218 0577 1
© 2013 Joop Liefaard