Het schrijversduo Toet & de Best bestaat uit de Barend Toet die in 1971 de muziekkrant Oor oprichtte en een aantal thrillers schreef zoals Het Kathmandu Komplot en Infrarood en Krijn de Best (1952) die psychologie studeerde en naast veel vakliteratuur, de Cura-crimethrillers op zijn naam heeft staan. Crémation Criminelle is hun eerste gezamenlijke project. Het verhaal speelt zich af in de Franse stad Limoges ten tijde van de laatste presidentverkiezingen die het einde betekende voor het presidentschap van Nicolas Sarkozy ten gunste van François Hollande. In de koekjesfabriek Tartelette de France wordt in een bakoven het grotendeels verbrande lichaam gevonden van een man. Het onderzoek naar de dood van deze man wordt geleid door Paul Paulusma, een rechercheur met Nederlandse wortels die door zijn collega's Pépé wordt genoemd. Ongeveer tegelijkertijd wordt de scheikundeleraar François Dupuy door de Frans-Algerijnse crimineel Tariq door het hoofd geschoten na een ruzie over een gestolen auto. Terwijl het onderzoek in deze twee zaken volop aan de gang is, wordt een derde misdrijf gepleegd; een ex-priester wordt door de voordeur van zijn huis heen doodgeschoten.
Het verhaal is in een mooie en vloeiende stijl geschreven die zich aanpast aan de toon en de kleur van het moment, van luchtig en lichtvoetig tot ernstig en beschouwend met veel schakeringen daar tussen. De schrijvers hebben veel oog voor detail, het verhaal is zorgvuldig uitgewerkt en de sfeertekeningen zijn treffend. Het feit dat Krijn de Best in het gebied woont zal hier zeker toe hebben bijgedragen. De meeste personages zijn goed uitgewerkt terwijl sommigen wat oppervlakkig blijven. Pépé is de sympathieke, ambitieuze en deskundige rechercheur, die ondanks het feit dat hij moet roeien met de riemen die hij eigenlijk niet heeft, alles in het werk stelt om een goed resultaat te halen. Zijn collega Azim Bensahim worstelt met zijn Algerijnse achtergrond wanneer hij zich bezighoudt met een onderzoek dat een sterke etnische lading heeft.
Onder een apparaat dat op een grote keukenmachine lijkt, ligt een vaalgele, half opgedroogde massa smurrie op de betonnen vloer. Hij vraagt zich af wat dat is. Eierdooier? Dan loopt hij geconcentreerd op de oven af en schakelt al z'n gevoelens uit. Paul Paulusma wordt één en al zintuig – een perfecte menselijke recorder die alle visuele indrukken, geluiden en geuren in zich opneemt en opslaat in z'n geheugen om ze later indien nodig weer loepzuiver op te kunnen halen van zijn persoonlijke harde schijf.
Het lijk hangt onhandig aan het frame van een baktrolley vastgebonden met grof ijzerdraad dat voorlangs over de borst van de dode is getrokken, vervolgens onder zijn oksels is doorgehaald en als een vleeshaak boven zijn nekwervels uitsteekt. Je kunt nog zien dat het een man was, maar het zal niet makkelijk worden om zijn identiteit vast te stellen, want de hitte in de oven heeft enorme schade aangericht. De huid is sterk verkleurd en hier en daar opengebarsten. De handen zijn deels verkoold. Plukken haar zijn verschroeid, de ogen ingekookt tot een troebele massa gelei. Het stinkt naar verkoold vlees.
Hij voelt een lichte misselijkheid opkomen.
De technische recherche is inmiddels ook gearriveerd met een heel team forensische specialisten. Hij overlegt kort met z'n collega Antoine Grégoire, die het technisch onderzoek leidt, over de taakverdeling.
'Ik verhoor alle getuigen, die op het bedrijf aanwezig waren toen de dode werd ontdekt en dan stuur ik ze door voor vingerafdrukken en DNA-materiaal. Zorg jij voor een betrouwbare situatieschets? We moeten zo exact mogelijk weten wie zich waar bevond en waarom. Fotografeer alles op en rond de plaats delict, op de hoogst mogelijke resolutie, ik wil alle details kunnen zien. Zorg ook dat we te weten komen hoe die oven werkt en waarom dat lijk niet volledig is verbrand. Berg het lichaam zodra je zo ver bent en zorg er voor dat ik zo snel mogelijk het post mortem in handen heb. Fixeer de kleding of wat daar van over is. We moeten achterhalen wie het slachtoffer is. Charter de productiemanager voor een zorgvuldige inspectie van de hele werkvloer.'
Crémation Criminelle kent drie verhaallijnen die zich onafhankelijk van elkaar ontwikkelen. Iedere lijn behandelt een van de drie misdaden. Van twee van de misdaden is het van meet af aan duidelijke wie de dader is en richt het verhaal zich vooral op de wijze waarop Pépé en zijn team te werk gaan. Het derde verhaal waarin echt speurwerk om de hoek komt kijken, is geloofwaardig in elkaar gezet en heeft een bevredigende ontknoping.
Crémation Criminelle behandelt actuele maatschappelijke thema's zoals etnische tegenstellingen die de Franse maatschappij lijken te verscheuren en die een rijke voedingsbodem vormden voor het politieke debat rondom de presidentsverkiezingen. Daarnaast schrijven Toet & de Best met veel gevoel en respect voor de slachtoffers over pedofilie en seksueel misbruik door rooms-katholieke priesters en de schaamteloosheid waarmee dergelijke misdaden door de religieuze elite worden toegedekt. Ook de door veel allochtonen gevoelde discriminatie in het onderwijs, het sluimerende drugsgebruik en de misdaad die daarvan het gevolg is, worden helder geanalyseerd. In Crémation Criminelle ontbreekt het met uitzondering van enkele opwindende passages aan spanning. De schrijvers noemen het boek een Franse misdaadroman en die genreaanduiding is juist gekozen. Het is geen thriller in de klassieke betekenis van het woord.
Crémation Criminelle is een geslaagd debuut dat door de maatschappelijke context waarin het is geplaatst verder gaat dan alleen maar een verhaal over misdaad. Het geeft ook voldoende stof om over na te denken.
Uitgeverij: Ellessy - Arnhem
ISBN: 978 90 8660 257 5
© 2014 Joop Liefaard
De recensie verscheen eerder bij Hebban|Crimezone.